Cover image for Uw gehoor is uitstekend! Wat zegt u dokter? : Over onverklaarde en verklaarde klachten in de KNO-heelkunde.
Uw gehoor is uitstekend! Wat zegt u dokter? : Over onverklaarde en verklaarde klachten in de KNO-heelkunde.
Title:
Uw gehoor is uitstekend! Wat zegt u dokter? : Over onverklaarde en verklaarde klachten in de KNO-heelkunde.
Author:
Glazenburg, B.E.
ISBN:
9789062997916
Personal Author:
Physical Description:
1 online resource (204 pages)
Contents:
Inhoud -- Voorwoord -- Auteurs -- 1. Inleiding -- 1.1. Inleiding -- 1.2. Veranderende karakteristiek van het specialisme KNO -- 1.3. Een ander concept -- 1.4. Ontwikkelingen binnen de moderne geneeskunde en de natuurwetenschappen -- 1.5. De geest als oorzaak van ziekte -- 1.5.1. KNO en psychiatrie, een historische relatie -- 1.5.2. De psychosomatiek -- 1.6. Onverklaarde klachten -- 1.7. Onverklaarde klachten in de KNO -- 1.8. Verantwoording van de inhoud -- 1.9. Toekomst -- 2. Een brok in de keel -- 2.1. Inleiding -- 2.3. Bij de KNO-arts -- 2.4. Standpuntnota 'Diagnostiek bij Globusgevoelens' -- 2.4.1. Omschrijving -- 2.4.2. Anamnese -- 2.4.3. Diagnostiek -- 2.4.4. Differentiaal diagnostische overwegingen -- 2.4.5. Evaluatie -- 2.4.6. Follow-up -- 2.4.7. Samenvatting -- 2.5. Therapie -- 2.6. Conclusie -- 3. Stemstoornissen -- 3.1. Inleiding -- 3.2. Vormen van afwijkend stem- en/of spraakgedrag -- 3.3. Verklaringsmodellen -- 3.4. Wetenschappelijk onderzoek -- 3.5. Emoties en afwijkend stem- en spraakgedrag -- 3.6. Psychologische benadering -- 3.6.1. Emotionele ontregeling en stem- of spraakstoornissen -- 3.6.2 Cognitieve benadering -- 3.7. Neuropsychologische benadering -- 3.8. Pathofysiologische benadering -- 3.9. Diagnostische procedure -- 3.10. Anamnese -- 3.11. Onderzoek -- 3.11.1. Keelspiegelonderzoek -- 3.11.2. Stemonderzoek -- 3.12. Route, bejegening, uitleg en adviezen -- 3.13. Therapie -- 3.13.1. Logopedische therapie -- 3.13.2.Visualisatiemethode -- 3.13.3. Manuele therapie -- 4. Geluiden in het hoofd -- 4.1. Inleiding -- 4.2. Waarneming en gestoorde waarneming: begripsbepaling -- 4.3. Anamnese -- 4.4. Lichamelijk en aanvullend onderzoek -- 4.5. Differentiaaldiagnose -- 4.5.1. Muzikale hallucinaties en andere zelfstandig voorkomende hallucinaties zonder wanen -- 4.5.2. Delirium -- 4.5.3. Schizofrenie.

4.5.4. Gebruik van geestverruimende middelen -- 4.6. Aanwijzingen voor het verdere beleid -- 5. Oorsuizen -- 5.1. Inleiding -- 5.2. Bekende oorzaken van oorsuizen -- 5.3. Fysiologische en psychologische achtergrond -- 5.4. Klachtenpatroon -- 5.5. Anamnese -- 5.6. Onderzoek, benadering en advies -- 5.6.1 De patiënt met oorsuizen in de beginfase -- 5.7. Enkele algemene richtlijnen voor de benadering van de verschillende patiëntengroepen -- 5.8. Conclusies -- 6. Duizeligheid -- 6.1. Inleiding -- 6.2. Duizeligheid -- 6.3. Oorzaken -- 6.4. Het neuro-otologisch onderzoek -- 6.5. Behandeling -- 6.5.1. Algemeen -- 6.5.2.Causale therapie -- 6.5.3. Symptomatische therapie -- 6.6. Hoe nu verder, begrijp je wel? -- 6.7. Conclusie -- 7. Mondbranden -- 7.1. Inleiding -- 7.2. Epidemiologie -- 7.3. Het klachtenpatroon -- 7.3.1. Aard van de klachten -- 7.3.2. Plaats van de klachten -- 7.3.3. Beloop van de klachten -- soms gedurende vele maanden of jaren. 7.3.4. Aanleiding van de klachten -- 7.4. Andere mondklachten -- 7.4.1. De droge mond -- 7.4.2. Smaakstoornissen -- 7.4.3. Andere klachten in en rond de mond -- 7.5. Overige lichamelijke klachten -- 7.6. Enkele lokale en inwendige aandoeningen die mondbrandachtige klachten kunnen veroorzaken -- 7.6.1. Aandoeningen van het mondslijmvlies -- 7.6.2. De gebitsprothese -- 7.6.3. Dentogene aspecten -- 7.6.4. (Voedsel)allergie -- 7.6.5. Roken en alcoholgebruik -- 7.6.6. Hormonale oorzaken -- 7.6.7. IJzergebrek, vitaminedeficiënties en andere deficiënties -- 7.6.8. Geneesmiddelengebruik -- 7.6.9. Neurologische oorzaken -- 7.6.10. Mogelijk psychische oorzaken -- 7.7. Beleid -- 7.8. Conclusie -- 8. Verstoorde neusademhaling -- 8.1. Inleiding -- 8.2. Prevalentie -- 8.3. Symptomen -- 8.4. Oorzaken van niet-allergische rhinitis -- 8.4.1. Niet-allergische beroepsrhinitis -- 8.4.2. Medicamenteuze rhinitis.

8.4.2.1. Rhinitis medicamentosa -- 8.4.2.2. Cocaïne -- 8.4.3. Aspirine-overgevoeligheid -- 8.4.4. Hormonale, niet-allergische rhinitis -- 8.4.5. NARES -- 8.4.6. Fysische en chemische factoren -- 8.4.7. Inappropriate awareness of nasal symptoms -- 8.4.8. Idiopatische rhinitis -- 8.4.8.1. Het gevoel van neusverstopping -- 8.4.8.2. Bestaat idiopatische rhinitis wel? -- 8.5. Diagnose -- 8.5.1. Klachtenscorekaart -- 8.5.2. KNO-onderzoek/nasendoscopie -- 8.5.3. Neusprovocaties -- 8.5.4. Cytologie -- 8.5.5. Kweek -- 8.5.6. CT-scan neusbijholten -- 8.6. Behandeling -- 8.6.1. Medicatie -- 8.6.1.1. Lokaal corticosteroid -- 8.6.1.2. Antihistaminica -- 8.6.1.3. Atrovent -- 8.6.1.4. Capsaicine -- 8.6.1.5. Leukotriënen-antagonisten -- 8.6.1.6. Botuline -- 8.6.1.7. Decongestiva -- 8.6.1.8. Roken -- 8.6.1.9. Mucolytica -- 8.6.1.10. Sesamolie -- 8.6.2. Chirurgie -- 8.6.2.1. Conchareductie -- 8.6.2.2. Nervus vidianus-doorsnijding -- 8.6.3. Wat legt de KNO-arts uit aan de patiënt? -- 8.6.4. Wat kan de patiënt zelf doen? -- 8.6.4.1. Vermijden van irritantia -- 8.6.4.2. Neusspoelen -- 8.6.4.3. Stomen -- 8.6.4.4. Zink -- 8.6.4.5. Menthol -- 9. Reukstoornissen -- 9.1. Inleiding -- 9.2. Anatomie van de reuk -- 9.3. Vormen van reukstoornissen -- 9.3.1. Kwalitatieve reukstoornissen -- 9.3.2. Kwantitatieve reukstoornissen -- 9.4. Diagnostiek bij reukstoornissen -- 9.4.1. Anamnese -- 9.4.2. Reuktests -- 9.4.2.1. Psychofysische tests -- 9.4.2.2. Elektrofysische tests -- 9.4.3. Aanvullende diagnostische modaliteiten -- 9.4.3.1. Nasale fiberscopie -- 9.4.3.2. Prednisontest -- 9.4.3.3. Allergietests -- 9.4.3.4. Serologie -- 9.4.3.5. Radiologische beeldvorming -- 9.4.3.6. Intercollegiaal consult -- 9.4.3.7. Neusbiopt -- 9.5. Therapie van reukstoornissen -- 9.6. Conclusie -- 10. Slechte adem -- 10.1. Inleiding -- 10.2. Definitie -- 10.3. Etiologie van halitose -- 10.4. Diagnostiek.

10.5. Therapie -- 11. Ziekte van Ménière -- 11.1. Klachten en prevalentie -- 11.2. Historie en definitie -- 11.3. Definitie Ménière Groningen -- 11.4. Het binnenoor -- 11.5. Ontstaanswijze endolymfatische hydrops -- 11.6 Groningen Diagnostisch Protocol -- 11.6.1. Populatie -- 11.6.2. Toon- en spraakaudiogram -- 11.6.3. Elektrocochleografie -- 11.6.4. Otoakoestische emissies -- 11.6.5. Vestibulair onderzoek -- 11.6.6. Magnetic Resonance Imaging (MRI) -- 11.6.7. Perilymfatische drukmeting -- 11.6.8. Aldosteronbepaling -- 11.7. De diagnose van de ziekte van Ménière en toekomstperspectief -- 11.8. Behandeling van de ziekte van Ménière -- 12. Plotsdoven -- 12.1. Definitie -- 12.2. Epidemiologie -- 12.3. Diagnostiek -- 12.3.1. Differentiaaldiagnostiek -- 12.3.2. Speculeren over een mogelijke oorzaak van idiopatisch plotseling perceptief gehoorverlies -- 12.4. Behandeling -- 12.5. Andere adviezen -- 12.6. Lotgenotencontact en verdere informatie voor plotsdoven -- 13. Aangezichtsverlammingen en revalidatie van de mimische musculatuur -- 13.1. Inleiding -- 13.2. De acute fase -- 13.3. De chronische fase -- 13.4. Revalidatie van de mimische musculatuur -- 13.5. Anamnese en onderzoek -- 13.5.1. Restverschijnselen -- 13.5.2. Meetinstrumenten -- 13.6. De behandeling -- 13.6.1. Wanneer fysiotherapie? Indicaties en contra-indicaties -- 13.6.2. Mimetherapie na reconstructieve chirurgie van het gelaat -- 13.7. Nabeschouwing -- 14. Onverklaarde klachten en internet -- 15. Lichamelijk onverklaarde klachten: diagnose en behandeling -- 15.1. L'Homme machine -- 15.2. Lichamelijk onverklaarde klachten -- 15.3. Is het psychisch? -- 15.4. Conversiestoornis -- 15.5. Behandeling van lichamelijk onverklaarde klachten -- 15.5.1. De arts-patiënt-relatie -- 15.5.2. Behandeling van gevolgen van lichamelijk onverklaarde klachten -- 15.6. Recapitulatie -- Ziekenhuis Bronovo.
Abstract:
Iedere arts krijgt op zijn spreekuur patiënten met klachten die niet of slechts ten dele kunnen worden teruggevoerd op bekende organische pathologie. De explosieve toename van diagnostische en therapeutische mogelijkheden gedurende de laatste decennia laat onverlet dat nog altijd een groot aantal patiënten de spreekkamer verlaat met geen of slechts een onvoldoende gefundeerde diagnose. Dit plaatst de arts voor het dilemma hoe de patiënt verder te helpen. Wel of niet behandelen is daarbij de kardinale vraag. In deze bundel hebben verschillende auteurs, ieder expert op een van de deelgebieden van hun vakgebied, getracht de grenzen van diagnostiek en behandeling van de meest voorkomende klachten waarmee de patiënt bij de keel-, neus- en oorarts komt te verkennen. Uitgaande van de in de conventionele geneeskunde gebruikelijke onderzoeksmethoden, komen zij tot verschillende therapeutische adviezen, waarbij de grenzen tussen geneeskunde en geneeskunst vervagen en daarmee wordt beantwoord aan het doel de patiënt tevreden de spreekkamer te laten verlaten. Moge deze bundel bijdragen tot een beter begrip van een aantal klachten waarmee zowel huisarts en specialist in de dagelijkse praktijk worden geconsulteerd en tot een beter onderscheid tussen klacht en ziekte.
Local Note:
Electronic reproduction. Ann Arbor, Michigan : ProQuest Ebook Central, 2017. Available via World Wide Web. Access may be limited to ProQuest Ebook Central affiliated libraries.
Added Author:
Electronic Access:
Click to View
Holds: Copies: